WETENSCHAPPELIJKE BRON
Onderwerp: Natuur als pedagogische ruimte | Publicatiedatum: 2025

Kern

Dit onderzoek evalueerde een eenjarig Community of Practice (COP)-programma voor pedagogisch professionals op natuur-georiënteerde kinderdagverblijven. Doel was het versterken van het pedagogisch gebruik van de natuurlijke buitenruimte voor kinderen van 0 tot 4 jaar. In totaal namen 133 kinderen deel, verdeeld over een interventiegroep (met training) en een controlegroep (zonder training). De effecten werden gemeten aan de hand van stressniveaus, welzijn, betrokkenheid, spel- en beweeggedrag. Resultaten tonen vooral bij jongens positieve effecten: minder stress, meer betrokkenheid, actiever en creatiever spel. Ook bleek dat een goed ingerichte buitenruimte het effect van het programma versterkte. Het onderzoek onderstreept het belang van zowel deskundige pedagogische begeleiding als een rijke natuurlijke speelomgeving voor de ontwikkeling van jonge kinderen.

Uitwerking 

Dit onderzoek had als doel het pedagogisch gebruik van de natuurlijke buitenruimte op natuur-georiënteerde kinderdagverblijven te versterken. Daarbij werd onderzocht in hoeverre een eenjarig Community of Practice (COP)-programma voor pedagogisch professionals leidde tot positieve effecten op het welzijn, de betrokkenheid en het speelgedrag van kinderen van 0 tot 4 jaar oud.

Alle kinderopvanglocaties die deelnamen aan het onderzoek waren gecertificeerd als ‘natuur-georiënteerd’ door Groen Cement. Dit kwaliteitskeurmerk maakt de keuze voor natuur en natuurbeleving zichtbaar voor kinderen, ouders, medewerkers en omgeving.

Hoewel deze opvanglocaties jonge kinderen waardevolle kansen bieden om een betekenisvolle band met de natuur op te bouwen, blijven die kansen in de praktijk vaak onbenut. Veel pedagogisch professionals beschikken namelijk niet over de benodigde vaardigheden om de natuurlijke buitenomgeving effectief te integreren in hun dagelijkse pedagogisch handelen.

Deze studie evalueerde daarom de effectiviteit van een COP-trainingsprogramma dat specifiek gericht is op het verbeteren van het pedagogisch handelen in de buitenruimte. 

De effectiviteit van het programma werd geëvalueerd op basis van meerdere indicatoren:

  • Stressniveaus, gemeten via cortisol in haarmonsters;
  • Welzijn en betrokkenheid, beoordeeld via gestandaardiseerde observatie-instrumenten;
  • Fysieke activiteit, sociaal gedrag en spelgedrag tijdens vrij buitenspel.

In totaal namen 133 kinderen (0–4 jaar) deel aan het onderzoek. Zes kinderopvanglocaties vormden de interventiegroep, waar pedagogisch medewerkers deelnamen aan het COP-programma. Zeven andere locaties fungeerden als controlegroep en namen niet deel aan de training.

Het COP-programma bestond uit vier bijeenkomsten verspreid over één jaar, waarin reflectie, uitwisseling van praktijkervaringen, inspiratie en concrete actieplannen centraal stonden. De focus lag op de interactievaardigheden in relatie tot het gebruik van de buitenruimte. Pedagogisch professionals werden getraind in ‘attentieve aanwezigheid’ - een niet-sturende, maar oplettende houding waarbij kinderen autonoom hun omgeving kunnen verkennen. 

Resultaten 

De resultaten laten zien dat het programma in het bijzonder positieve effecten had voor jongens: zij vertoonden lagere stressniveaus, meer welzijn en betrokkenheid, waren fysiek actiever en speelden vaker op creatieve wijze. Bij de jongste kinderen (tot 1,5 jaar) werd meer functioneel spelgedrag waargenomen, terwijl de oudste kinderen (3 jaar) juist meer creatief spel lieten zien.

Daarnaast bleek dat kinderen op locaties met een rijk en goed ingerichte natuurlijke buitenruimte meer profiteerden van het programma dan kinderen op locaties met een minder kwalitatieve buitenruimte. Deze bevindingen onderstrepen het belang van zowel deskundig pedagogisch gebruik als de fysieke kwaliteit van de buitenomgeving voor het realiseren van de ontwikkelkansen die natuur-georiënteerde opvang biedt.